"Intelligent Design" - Bewijs voor een intelligente ontwerper
Welnu, hoe leg ik nu een verband tussen de organische en de anorganische wereld? “Intelligent Design” (“Intelligent Ontwerp”) is evident wanneer we een mechanische machine aan een nader onderzoek onderwerpen. Het ontwerp van een machine, eenvoudig of complex, is duidelijk zichtbaar. Of een machine nu van lage of hoge kwaliteit is, zijn ontwerper is zowel noodzakelijk als evident. Informatietheorie stelt dat concept en ontwerp alleen het resultaat kunnen zijn van een brein. Zelfs de lagere kwaliteit van een slecht ontworpen machine kan de noodzakelijkheid van een intelligent ontwerper niet verdoezelen.
Machines, zoals gedefinieerd door Frans biochemicus en Nobel-laureaat Jacques Lucien Monod (1910-1976), zijn “doelgerichte complexiteiten van materie die, energie verbruikend, specifieke taken uitvoeren.”[1] Volgens deze vakkundige definitie zijn levende systemen in feite machines. Een levend organisme voldoet aan de definitie van een machine, zelfs tot op het moleculaire niveau.
In het midden van de 18e eeuw werd de “machine-analogie” van biologische systemen succesvol ontkracht door David Hume omdat we volgens hem slechts konden raden wat zich afspeelde op het moleculaire niveau.[2] Maar de fenomenale ontdekkingen in de afgelopen decennia hebben eindelijk ondubbelzinnig aangetoond dat levende systemen wel degelijk machines zijn – zelfs tot op het diepste, moleculaire niveau![3]
Pas in de afgelopen twintig jaar, met de komst van de moleculaire biologische revolutie en met de vooruitgang in de cybernetische- en computertechnologie, werd het eindelijk mogelijk om Hume’s kritiek te ontkrachten en eindelijk is de analogie tussen organismen en machines overtuigend geworden…in elke richting waarin de biochemicus tuurt, reizend door het bizarre moleculaire labyrinth, ziet hij apparaten en toestellen die herinneren aan onze eigen twintigste eeuwse wereld van geavanceerde technologie.[4]
Vanwege de metafysische implicaties van leven dat het gevolg is van “Intelligent Design”, proberen velen onder ons de voorgaande stellingen te verwerpen en een mechanisme te zoeken waardoor complexe biologische machines op natuurlijk wijze zouden kunnen voortkomen door willekeurig toeval.
Maar, ik zag daarin nu een overweldigende tegenspraak...
Wat betreft de oorsprong van het leven zijn er maar twee mogelijkheden: Schepping of spontane generatie. Er is geen derde optie. Spontane generatie werd honderd jaar geleden weerlegd, maar dat leidt ons maar tot één andere conclusie, die van een bovennatuurlijke schepping. We kunnen dat op filosofische gronden niet accepteren; daarom kiezen we ervoor om in het onmogelijke te geloven: dat het leven spontaan door toeval ontstond![5]
Sir Arthur Keith, een beroemd Brits evolutionair antropoloog en anatoom, verklaart:
Evolutie is onbewezen en onbewijsbaar. We geloven het alleen omdat het enige alternatief een bijzondere Schepping is, en dat is ondenkbaar.[6]
H.S. Lipson, een Professor in de Natuurkunde aan de University of Manchester (Verenigd Koninkrijk), gaat verder:
Feitelijk is evolutie in zekere zin een wetenschappelijke godsdienst geworden; bijna alle wetenschappers hebben het geaccepteerd, en velen zijn bereid om hun waarnemingen ‘om te buigen’ om deze ermee te laten overeenstemmen.[7]
Volgende pagina!
[1] Voor Monods theorieën zie A. E. Wilder-Smith, The Natural Sciences Know Nothing of Evolution, T.W.F.T. Publishers, 1981; en Eastman en Missler, The Creator Beyond Time and Space, 43.
[2] David Hume, Dialogues Concerning Natural Religion, Fontana Library Ed., Collins, 1779.
[3] Eastman en Missler, The Creator Beyond Time and Space, 79.
[4] Denton, Evolution: A Theory in Crisis, 340.
[5] George Wald, "The Origin of Life," Scientific American, 191:48, May 1954.
[6] David Hume, Dialogues Concerning Natural Religion (1779).
[7] H.S. Lipson, "A Physicist Looks at Evolution," Physics Bulletin, vol. 31, May 1980, 138.
Copyright © 2002-2021 AllAboutTheJourney.org, Alle rechten voorbehouden