De opstanding van Jezus Christus
Oké, nou dit is de grote vraag… de kern van de hele zaak…
Stond Jezus werkelijk op uit de dood, en waarom is deze gebeurtenis zo belangrijk…?
Erg kort gezegd: het Nieuwe Testament is gebaseerd op Jezus Christus en de kracht van de opstanding. Omdat Jezus Christus en Zijn opstanding de fundering vormen van het Bijbelse Christendom, zijn de historische realiteiten van Zijn leven, dood en opstanding allemaal even belangrijk. Want, zoals Paulus verklaarde in zijn brief aan de Korintiërs:
En als Christus niet is opgewekt, is onze verkondiging zonder inhoud en uw geloof zinloos. Dan blijkt dat wij als getuigen van God over hem hebben gelogen, omdat we verklaard hebben dat hij Christus heeft opgewekt.[1]
Ik ben een heel analytisch ingesteld mens, met een opleiding in de Rechtskunde, en als zodanig vond ik dat de enige geldige manier om de opstanding van Jezus te onderzoeken eruit bestond het historische bewijs ervoor zonder vooronderstellingen of vooroordelen op de proef te stellen. Daarom besloot ik, om eerlijk te blijven, het bewijs te beoordelen zoals dat voor elke andere historische gebeurtenis wordt gedaan.
Gebaseerd op de standaardregels voor bewijsvoering is het beste bewijs voor een partij in een rechtszaak een consequent getuigenis door meerdere geloofwaardige getuigen. Dus als ik zo’n getuigenis zou vinden in geloofwaardige historische verslagen, dan zou ik volgens de traditionele regels voldoen aan een zeer belangrijke maatstaf voor bewijsvoering.
Feitelijk vond ik meerdere ooggetuigenverslagen over de opstanding van Jezus. In zijn brief aan de kerk in Korinthe betoogt Paulus het volgende:
Het belangrijkste dat ik u heb doorgegeven, heb ik op mijn beurt ook weer ontvangen: dat Christus voor onze zonden is gestorven, zoals in de Schriften staat, dat hij is begraven en op de derde dag is opgewekt, zoals in de Schriften staat, en dat hij is verschenen aan Kefas en vervolgens aan de twaalf leerlingen. Daarna is hij verschenen aan meer dan vijfhonderd broeders en zusters tegelijk, van wie er enkelen gestorven zijn, maar de meesten nu nog leven.[2]
Studies van de beschikbare manuscripten geven aan dat dit een zeer vroeg principe was van het Christelijk geloof, dat slechts enkele jaren na de dood van Jezus Christus werd geschreven. Daarom is het zo dramatisch dat Paulus de passage beëindigt met: “maar de meesten nu nog leven”. Paulus nodigde hiermee mensen uit om de feiten na te gaan. Hij zou zo’n verklaring niet hebben opgenomen als hij probeerde een samenzwering, oplichterij, mythe of legende te verbergen.
De opstanding van Jezus werd ook in talrijke andere teksten vermeld, waaronder de verschijning van Jezus aan Maria uit Magdala,[3] aan andere vrouwen,[4] aan Kleopas en zijn metgezel,[5] aan elf discipelen en anderen,[6] aan tien apostelen en anderen (behalve Thomas),[7] aan de apostelen (inclusief Thomas),[8] aan zeven apostelen,[9] aan de discipelen,[10] en aan de apostelen op de Olijfberg.[11]
Wat mij betreft was de ultieme geloofwaardigheidstest voor deze ooggetuigen dat velen van hen een gruwelijke dood tegemoet gingen vanwege hun ooggetuigenverslag. Zoals ik eerder zei, dat is echt overtuigend! Deze getuigen kenden de waarheid! Welk voordeel konden zij ooit halen uit een martelaarsdood voor een leugen? Het bewijs spreekt voor zich: deze mensen waren niet gewoon godsdienstfanaten die stierven voor een godsdienstig geloof. Nee, dit waren volgelingen van Jezus die stierven voor een historische waarheid: Zijn opstanding die hem bevestigde als de Christus, de Zoon van God.
[1] 1 Korintiërs 15:14-15.
[2] 1 Korintiërs 15:3-6.
[3] Johannes 20:10-18.
[4] Matteüs 28:8-10.
[5] Lucas 24:13-32.
[6] Lucas 24:33-49.
[7] Johannes 20:19-23.
[8] Johannes 20:26-30.
[9] Johannes 21:1-14.
[10] Matteüs 28:16-20.
[11] Lucas 24:50-52 en Handelingen 1:4-9.
Copyright © 2002-2021 AllAboutTheJourney.org, Alle rechten voorbehouden